dinsdag 27 oktober 2020

Cobraplant

"... Een der merkwaardigste hiervan is de cobraplant, die de vorm en kleur heeft van een brilslang die opgericht op het punt staat zich op zijn prooi te werpen."

Als niet-ofioloog (slangenkenner - ik was toch aan het opzoeken) was ik verbaasd dat die plant dan niet brilplant heet. Alsof de redactie van Per Seconde Wijzer een handje heeft geholpen met het bedenken van de naam. Wikipedia bood uitkomst: een brilslang is een cobra. 


Aanleiding: Pagina 108 van Walt Disneys Wonderen der natuur uit 1957. Het boek heeft de schitterende ondertitel Een schatkamer van levensechte avonturen.

zaterdag 24 oktober 2020

Er drukt een draak aan mijn borst

Ik zoek op ‘er’. De zoekmachine van Onze Taal voegt er ‘add’ aan toe, niet altijd – dat weet ik omdat ik wel vaker zoek op dat kleine woordje – maar dit keer wel. Een in de schoot geworpen woordgrap. Geen hilarische, maar ik kijk hem niet in de bek, sterker nog: ik druk hem aan mijn borst.

Dat zit zo:
Ik woon in het pand waar ooit de bundel Snikken en Grimlachjes van Piet Paaltjens is gedrukt. En ondanks dat het donkere van de gedichten niet zo goed bij mij past, ben ik fan. Al was het alleen maar om de term ‘grimlachjes’.

Eén van mijn favorieten is De zelfmoordenaar. Misschien wel dankzij de uitvoering van Dave van The Kik. Hoewel de vertolking door Willem ook diepe indruk heeft gemaakt. (Willem kennen jullie niet, maar het was nacht, er was veel bier, we waren met technische studenten en Willem kreeg ons stil met poëzie.)

De eerste regels van de tweede strofe luiden:
,,Ha!” dus riep hij verwoed,
,,'k Heb een adder gebroed
Neen, erger, een draak aan mijn borst hier!"

Al een paar keer heb ik mij afgevraagd waar hij toch op doelde met die adder, met die draak aan zijn borst. Opgezocht had ik het nog niet. Dat hoefde blijkbaar ook niet. Vandaag vond het antwoord mij. Want als je op (add)er zoekt op de site van Onze Taal, kom je bij de uitleg van de uitdrukking ‘Een adder aan zijn borst koesteren’:

“De zegswijze een adder aan zijn borst koesteren is ontleend aan fabel 97 van Aesopus, die gaat over een boer die een zieke slang vindt. Hij heeft medelijden met het dier en stopt het onder zijn kleding tegen zijn borst om het te verwarmen. Als de slang zich beter voelt, bijt hij de boer.”

Terug naar de zelfmoordenaar van Piet Paaltjens. 
Eindelijk, weet ik 
waarom hij zich hing aan een eikentak dik. 
Teleurgesteld door mensen voor wie hij goed was geweest. Verdrietig.

Ik laat me afleiden door het feit dat de fabels van Aesopus blijkbaar genummerd zijn, dat is nieuw voor me. En er zijn meer bonussen. In een spreekwoordenboek uit 1726 van ene Tuinman wordt in bij de uitleg nog een spreekwoord genoemd dat in het verlengde ligt (zijn duiding, niet de mijne): Queekt gy kinderen? queekt liever braadverkens: dan hebt gy alle zes weken geld.

En als kers op de taart staat in Stoetts spreekwoordenboek uit 1925 bij de uitleg van het koesteren van de draak aan de borst de woorden ‘snooden ondank’. Ik vind het prachtig, ik geniet. De draak stelt mij niet teleur. En dat allemaal dankzij ‘er’. O, en dat schrijf je meestal aan woorden als ‘aan’ en zo vast. Dat zocht ik eigenlijk.

zaterdag 10 oktober 2020

Het wilde dierenorkest van Dan Brown

Het wilde dierenorkest is een prentenboek met een app met bijpassende muziek. De tekst en de muziek zijn geschreven door Dan Brown. Susan Batori maakte de prenten en het Zachreb Festival Orchestra voerde de muziek uit.

Het is een boek met mooie prenten. De tekeningen zijn grappig, schattig en er is van alles te zien, maar niet zoveel dat je het overzicht kwijtraakt. Ik vind het fantastisch dat er mooie, passende muziek bij is gemaakt.

Het wilde dierenorkest

Het boek moet het niet hebben van de tekst. Ik weet niet of dat aan de schrijver of de vertalers ligt. De versjes doen ouderwets aan. Het is allemaal een beetje stijf. Jantje zag eens pruimen hangen maar dan zonder de charme bijna 250 jaar oud te zijn. 

Ook inhoudelijk is het niet altijd scherp. Sommige elementen lijken er echt bij gesleept. Waar komt ineens de vriendschap bij het gordeldier vandaan? En waarom zouden we de walvis verdriet doen? Ik kan me nog best iets voorstellen bij verdriet en de walvis; ik vind walvissengeluid melancholisch klinken. Maar het gedichtje in dit boek gaat erover dat de walvis groot en aardig is. Halverwege wordt betoogd dat zijn gezang swingt (die associatie heb ik niet en hoor ik ook niet terug in de muziek). Vervolgens wordt uitgelegd dat dat is hoe de walvis praat en ineens worden we vermaand hem geen verdriet te doen. Huh? Daar is helemaal geen aanleiding toe, dat waren we niet van plan!

Elke (dubbele) bladzijde in het boek is voor een ander dier. Elk dier krijgt zijn eigen rijmpje en zijn eigen prent. Het is leuk dat de gedichtjes zelfstandig leesbaar zijn, maar ik vind het jammer dat er alleen maar een impliciete link is met de muziek (en niet eens altijd een adequate). Er wordt in de tekst geen verbinding gemaakt tussen de dieren en nergens lees ik iets wat mij doet vermoeden dat de dieren samen in een orkest gaan spelen.

Gelukkig zíe ik dat wel: de dieren figureren bij elkaar en hebben dan hun instrument bij zich. Alleen de walvis heb ik nergens anders kunnen ontdekken dan op zijn eigen pagina. Misschien omdat hij zo groot is of omdat ik nog niet goed genoeg heb gezocht. Ik vind het grappig om de dieren bij elkaar over de pagina te zien lopen. Ook in de tekeningen wordt trouwens lang niet altijd verbinding gemaakt, maar ze komen in ieder geval bij elkaar langs.

De muziek vind ik heerlijk en passend. Het klinkt klassiek en niet oubollig. Super om kinderen zo naar muziek te laten luisteren. Kun je zelf ook genieten.

Mijn favoriet is Het jagende jachtluipaard. Alle drie de elementen zijn goed bij het jachtluipaard. Dit gedicht is losser en ook al zit er een verrassend element in, dat element past wel en hoeft ook niet ingeleid te woorden (voor wie dit te geheimzinnig vind: het jachtluipaard rust uit in een apenbroodboom). Om de illustratie moest ik echt hardop lachen en de muziek is spannend en past supergoed.

Het jachtluipaard
Screenshot uit de app, tekening van Susan Batori

Al met al is Het wilde dierenorkest echt een goed boek. Een goed prentenboek met goede muziek erbij en als bonus zijn er ook nog raadsels verstopt in het boek, echt Dan Brown dus. Ik sla gewoon de meeste tekstjes over als ik het ga herlezen. Wie weet inspireert het boek nog tot het zelf verzinnen van soepele verhaaltjes of rijmpjes. Laat de creativiteit maar stromen.

vrijdag 2 oktober 2020

Reptielen - sleutelreeks

Gekregen van de buurman. 
Schitterend toch? Vooral de kleuren roepen herinneringen op.